Hoe je de rozen moet snoeien, is afhankelijk van welke soort roos je in je tuin hebt. Gebruik bij het snoeien van rozen altijd een scherpe snoeischaar en goede handschoenen. De meeste rozen in de tuin zijn struikrozen, maar er zijn ook andere soorten zoals de klimroos, bodem bedekkende rozen, trosrozen en de stokroos. Wij zetten de verschillende soorten rozen en de manier van snoeien voor je uiteen:
Struikrozen
In de categorie struikrozen vallen onder andere de lage heesterrozen, miniatuurrozen, trosrozen en grootbloemige rozen. Struikrozen mag je heel kort terugsnoeien tot 10-15 cm van de grond. De takken van deze rozen kun je snoeien tot op zo’n 5 cm.
Stokrozen
De stokroos moet je weer op een andere manier snoeien. Op de stok/stam ontstaan valse scheuten. Dit zijn uitlopers van de wilde roos die de onderstam van de stokroos levert. Scheur de valse scheuten altijd weg. Knip ze nooit af, want daaruit ontstaat een stompje waaruit nog meer uitlopers kunnen groeien. De uitlopers van een stokroos moet je dus niet snoeien, maar scheuren.
Klimrozen
Eenmalig bloeiende klimrozen snoei je terug tot op de jonge scheuten. Op deze manier kent de klimroos volgend jaar een rijke bloei met veel mooie bloemen. Haal begin maart ook de oude takken weg, zodat de rozen zich kunnen verjongen.
Bodem bedekkende rozen
De naam bodem bedekkende rozen zegt het zelf al: het zijn rozenstruiken met soepele twijgen die zich plat op de grond leggen. Deze bodembedekkers dien je elke twee à drie jaar te snoeien.